Het is omstreeks 18 uur. De uitbater en ik zijn de enige aanwezigen in de zaak. Ik ben net terug van rondje zwerfvuil rond en op het stationsplein. In de verte zien we een man en een vrouw naderen samen met een fietsend meisje. Het is een fiets die men bij ons huurt. De deur gaat open en ze komen naar binnen. Het meisje heeft nu de fiets bij de hand. “Onze dochter gaat binnenkort op kamp en ze gaat haar fiets meenemen” gaan ze van start. “Het zadel zou wat hoger moeten en er zijn nog enkele probleempjes.” De uitbater neemt het fietsje van haar over en hangt die aan de haken. Een druk op de knop en de fiets gaat van de grond. Met grote ogen kijkt het meisje naar haar fiets die daar nu hangt. Dan vertelt ze zonder me aan te kijken over een bezoek aan de brandweer waar ze heeft leren spuiten en mensen op een brancard leggen. Plots kijkt ze me recht in de ogen. Dat had ik niet van haar verwacht.
Haar mama wijst naar mij. “Dit is de meneer die ervoor gezorgd heeft dat je een kleurige fiets kreeg in plaats van een zwarte.” Zonder mij aan te kijken knit het meisje. Het ging er indertijd heftig aan toe toen ze voor dat fietsje kwamen. Het meisje werkte absoluut niet mee en wou die zwarte fiets niet. Haar mama kon haar niet tot andere gedachten dwingen. Tenslotte kon ik het meisje tevreden stellen met de belofte te doen wat mogelijk is. Toen de afspraken opgeschreven waren zuchtte de mama. “Ik begrijp niet dat je zo rustig kon blijven zonder boos te worden op haar” vroeg ze terwijl ze me argwanend aankeek. Toen keek ze verwonderd. “Wist jij het ?” Ik knikte. “Je weet dat ze autistisch is ? Weer knikte ik. “Ik heb zelf tweel zo’n kinderen grootgebracht” antwoordde ik. Mama keek opgelucht op. Iemand die haar dochter begrijpt. Dit was een openbaring voor haar. Enkele weken later kwamen ze het fietsje ophalen maar ik was er niet. Dit hoofdstuk lag reeds lang achter mij. Maar echt vergeten was ik het kind niet.
Nu waren ze terug voor het onderhoud van het fietsje. Terwijl de fiets daar hangt komt het meisje dichterbij. Met grote belangstelling volgt ze het doen en laten van de uitbater. “Dat wiel moet er even uit” zegt hij tegen haar. Dit vindt ze super. “Mag ik het even vasthouden ?” Dat mag ze. Ook mag ze helpen de vijsjes en moertjes vast te houden en te geven wanneer hij er haar om vraagt. Haar opa heeft ook aan het fietsje geknutseld. Ze kan niet uitleggen wat het defect was. Ik stel haar voor dat ze het toont. Ze raakt het spatbord aan. De uitbater knikt. Dat had hij al gemerkt.
Tenslotte is de fiets weer tiptop in orde. Het meisje mag op de knop drukken zodat de fiets weer zachtjes op de grond landt. Ondertussen heb ik de “schatkist” boven gehaald. Daarin zitten leuke spulletjes en accessoires voor aan de fiets. Ze trekt grote ogen als ze al dat leuks ziet. “Het is moeilijk om een keuze te maken, niet ?” grap ik. Ze knikt. Ze kiest voor een fluo rugzakje. Die toont ze trots aan papa en mama die heel de tijd stil op de achtergrond gebleven zijn. Ik stel voor dat ze het fietsje even test op het plein. Tijdens het naar buiten gaan geeft de meid me een H5. Het fietsje doet het uitstekend en dan verdwijnen ze uit het zicht.
1 opmerking:
Mooi geschreven.
Een reactie posten